Afbeeldingen invoegen

1. Leerdoel

Studenten moeten in staat zijn om in een dia een afbeelding in te voegen.

2. Toelichting

Met het begrip 'Afbeelding' worden zowel foto's, tekeningen, logo's,... als grafische elementen op een webpagina bedoeld.

Afbeeldingen kunnen zowel vanuit het lint worden ingevoerd (klik in het tabblad 'Invoegen' op de opdrachtknop 'Afbeelding' ) als vanuit een tijdelijk aanduidingsvak voor objecten door op het icoon 'Afbeelding' te klikken.

Beide aanpakken leiden vervolgens tot dezelfde procedure.

3. Werkwijze

3.1. Afbeelding in een grafisch bestand invoegen

Om een foto, tekening, logo,... kortom een grafisch bestand in een dia op te nemen, zet je volgende stappen:

  1. Open je diareeks 'Bedrijfsvergadering'.

  2. Voeg in de diareeks een nieuwe dia toe, waarvoor je een indeling kiest waarin een tijdelijk aanduidingsvak is voorzien voor objecten

  1. Klik op het icoon 'Afbeeldingen'
  2. Daardoor wordt het dialoogvenster 'Afbeelding invoegen' geopend waarin je op de gebruikelijke Windowswijze de betreffende afbeelding opzoekt:

    1. Open de map (folder) waarin de afbeelding werd opgeslagen
    2. Klik de bestandsnaam van de in te voegen afbeelding aan

    1. Daardoor verschijnt de bestandsnaam in het invoerveld 'Bestandsnaam'
    2. Klik op de knop 'Invoegen'
  1. Daardoor wordt de afbeelding meteen in het midden van de dia wordt ingevoegd


  1. Je kan de grootte van de afbeelding aanpassen met behulp van de handgrepen die de afbeelding omranden

    1. Klik op een handgreep met ingedrukte linkermuisknop
    2. Sleep de handgreep met ingedrukte linkermuisknop totdat de gewenste grootte werd bereikt


  2. Door op de afbeelding te klikken met de linkermuisknop en deze ingedrukt te houden, kan je de afbeelding naar een andere locatie verslepen

    1. Door de muiswijzer op de afbeelding te plaatsen en de linkermuisknop in te drukken, verandert je muiswijzer in een kruis
    2. Sleep de afbeelding met ingedrukte linkermuisknop naar de gewenste locatie in de dia
    3. Tijdens het verslepen wordt door stippellijnen de positie van de afbeelding ten verstaan van de andere objecten op de dia weergegeven, waardoor het makkelijk is om de afbeelding uit te lijnen ten opzichte van de andere objecten in de dia
    4. Laat de linkermuisknop pas los wanneer de gewenste plaats in de dia werd bereikt


3.2. Afbeelding vanuit een webpagina kopiëren

Je kan makkelijk een afbeelding, die in een webpagina verschijnt, invoegen in een dia:

  1. Open de webpagina
  2. Klik met de rechtermuisknop op de afbeelding die je wil invoegen
  3. Klik in het daardoor geopende snelmenu voor de optie 'Kopiëren' of 'Afbeelding kopiëren' (afhankelijk van je browser)


  1. Keer terug naar de dia in PowerPoint door in de Startbalk op het PowerPoint-icoon te klikken

  1. Selecteer de dia waarin de afbeelding moet worden ingevoegd
  2. Klik met rechtermuisknop in de dia en kies in het snelmenu 'Plakken', of de meest aangepaste 'Plakoptie'


  1. De web-afbeelding wordt in de dia geplakt, waarna je deze verder kan bewerken (formaat wijzigen, verplaatsen).


  1. Hoe je de web-afbeelding kan opmaken, lees je in verder op deze webpagina

3.3. Schermopname invoegen

Een schermopname (screendump) is een afbeelding van datgene wat op een bepaald moment op je beeldscherm verschijnt: je bureaublad, een geopend programma, een webpagina. Deze functionaliteit is ook weer niet enkel beschikbaar in PowerPoint, maar ook in de andere programma's van de MS Office-suite.

Meer informatie aangaande het invoegen van een schermopname kan je hier vinden.

3.4. De afbeelding opmaken

  1. Bemerk dat, wanneer je de ingevoegde afbeelding selecteert, het contextuele tabblad 'Hulpmiddelen voor afbeeldingen' verschijnt


  1. Door op het tabblad 'Opmaak' te klikken worden tal van opmaakmogelijkheden getoond, zoals steeds, geordend in groepen (wanneer je meer info wenst aangaande het gebruik van de opmaakfuncties in deze groepen, klik dan in onderstaande lijst op de groepsnamen ; je komt dan in het zelfstudiepakket MS Word 2013 terecht, waarin je over dezelfde opmaakfuncties beschikt):

    1. Aanpassen: keuzelijsten om de helderheid, het contrast of de kleur van een afbeelding aan te passen of om er 'artistieke effecten' op toe te passen
    2. Afbeeldingsstijlen: om de omkadering en de vorm te bepalen en om schaduwen, spiegeling en andere effecten op de afbeelding toe te passen
    3. Schikken: om afbeeldingen op de voor- of achtergrond te zetten, ten opzicht van andere overlappende afbeeldingen of objecten
    4. Grootte: om de afbeelding bij te snijden of om de hoogte en breedte te wijzigen

  1. Je beschikt bijgevolg over heel wat mogelijkheden om de ingevoegde afbeelding op te maken. Onderstaande figuur toont een voorbeeld: vijf keer dezelfde afbeelding, maar telkens anders 'opgemaakt'

 

4. Bronnen

    Helpprogramma bij Microsoft PowerPoint 2013: zoek op 'afbeelding invoegen'.