Tekenopmaak

1. Leerdoel

De student moet de opmaakmogelijkheden voor letters en woorden kunnen toepassen op een 'ongeformatteerde' tekst

2. Vet maken

Om tekstdelen beter te laten opvallen in de tekst kan je ze 'vetjes' weergeven:

 

3. Cursief en onderstrepen

Naast tekst 'Vet maken' zijn de functies 'Onderstrepen' en 'Cursief' (italic) eenvoudige opmaakmogelijkheden die de aandacht op tekstdelen kan vestigen door ofwel:

Om een tekstdeel te onderstrepen kan je in datzelfde dialoogvenster de keuzelijst 'Onderstrepingsstijl' gebruiken.

Een beperktere keuzelijst met onderstrepingsstijlen kan je openen door:

  1. Op de vervolgknop naast de opdrachtknop 'Onderstrepen' te klikken (zie nummer 1 in onderstaande figuur)
  2. en in de daardoor geopende keuzelijst de gewenste onderstreping aan te klikken
  3. De optie 'Meer onderstrepingen...' opent het dialoogvenster 'Lettertype' dat in bovenstaande figuur besproken werd.

 

4. Superscript

De opdrachtknop 'Superscript' maakt het mogelijk om een tekstdeel iets  dan de tekstregel te plaatsen. Deze knop kan je bijvoorbeeld gebruiken om een voetnootverwijzing op de gebruikelijke wijze op te maken.

Bijvoorbeeld:

5. Subscript

Om een tekstdeel dan de tekstregel te plaatsen, beschik je over knop 'Subscript' in de groep 'Lettertype'.

Je kan daartoe tevens in het dialoogvenster 'Lettertype' de optie 'Subscript' aanvinken (zie bovenstaande figuur).

6. Doorhalen

Je kan een tekstdeel doorstrepen door eerst de tekst te selecteren en vervolgens op knop 'Doorhalen' te klikken in de groep 'Lettertype' van het tabblad 'Start'.

Het dialoogvenster 'Lettertype' bevat tevens een optie 'Doorhalen', die je kan aanvinken, en daarenboven een optie 'Dubbel doorhalen' (zie bovenstaande figuur).

7. Effect 'Kleine kapitaal'

In het dialoogvenster 'Lettertype' bevat de sectie 'Effecten' tevens een optie 'Klein kapitaal'.

Als je deze optie aanvinkt verschijnen in de geselecteerd tekst alle tekens in hoofdletters, waarbij de oorspronkelijke hoofdletters groter worden weergegeven:

8. Effect 'Hoofdletters'

In hetzelfde dialoogvenster kan je een oorspronkelijke tekst in kleine letters omzetten met het effect 'Hoofdletters', waarbij elke letter als hoofdletter wordt weergegeven:

9. Effect 'Verborgen tekst'

Het effect 'Verborgen tekst' toont het tekstdeel, waarop dit effect werd toegepast, onderstreept met een fijne puntjeslijn. Verborgen tekst wordt bij het afdrukken van het document niet mee afgedrukt (tenzij je dit uitdrukkelijk aangeeft in de afdrukinstellingen). Dit effect is nuttig wanneer je bepaalde tekstdelen niet geheel uit de tekst wil verwijderen, maar toch niet mee wil afdrukken.

10. Knop 'Als standaard instellen'

Het dialoogvenster 'Lettertype' bevat links onderaan een knop 'Als standaard instellen...', die bij het aanklikken je de mogelijkheid biedt om de huidige opmaak (zoals ingesteld in het dialoogvenster) toe te wijzen aan de stijl 'Standaard'.

10.1 Keuzerondje 'Alleen dit document?'

Wanneer je dit keuzerondje selecteert, dan wordt de stijl 'Standaard' van (enkel) dit document aangepast, zoals op dit moment aangegeven in het dialoogvenster 'Lettertype'.

De stijl 'Standaard' is de stijl die voor de opmaak van de hoofdtekst (doorlopende tekst) in een document zorgt. Als je nu op de knop 'OK' klikt, dan zal het lettertype van alle tekstdelen, die met de stijl 'Standaard' werden aangemaakt, worden gewijzigd, zoals ingesteld in het dialoogvenster.

10.2 Keuzerondje 'Alle documenten gebaseerd op de sjabloon Normal.dotm?'

In bovenstaand dialoogvenster wordt voor deze optie opgegeven welk documentsjabloon op dit moment door MS Word gebruikt wordt.
Het is namelijk van dit documentsjabloon (in dit voorbeeld het sjabloon 'Normal.dotm') dat het standaardlettertype zal worden gewijzigd, overeenkomstig de huidige settings in het dialoogvenster 'Lettertype', wanneer je op de optie 'Alle documenten gebaseerd op sjabloon Normal.dotm' selecteert.


Klikken op de 'OK-knop' heeft in dat geval dus tot gevolg dat alle teksten die vanaf dit moment op het documentsjabloon 'Normal' worden gebaseerd, weergegeven worden volgens de huidige settings van het dialoogvenster 'Lettertype'.

Weet dus goed wat je doet alvorens één van deze opties te selecteren, want beiden hebben verstrekkende gevolgen!

11. Tabblad 'Geavanceerd'

Indien bovenstaande opmaakmogelijkheden van de groep 'Lettertype' nog niet voldoende mogelijkheden bieden, klik dan op het tabblad 'Geavanceerd' in de kop van het dialoogvenster 'Lettertype'. Dit biedt je onder meer de mogelijkheid om de afstand tussen de letters in een tekst(deel) te verbreden of te versmallen.

In bovenstaande figuur toont het venster 'Voorbeeld' het effect van een verbreding van de tekenafstand met 9 punten, waardoor de letters verder uit elkaar worden weergegeven.

Door in de sectie 'Positie' de optie 'Verhoogd' met 8 punten in te stellen, wordt de tekst 8 punten boven de tekstregel weergegeven.

12. Tekst markeren

Je kan de tekst in je document markeren, net zoals je met een markeerstift kleur aanbrengt op een papieren document.

  1. Klik daartoe op de vervolgknop naast de opdrachtknop 'Tekstmarkeringskleur' in de groep 'Lettertype' van het tabblad 'Start'
  2. Selecteer in het daardoor opengerolde menu de gewenste markeringskleur

  1. De muiswijzer verandert daardoor in een markeerstift
  2. Sleep met ingedrukte linkermuisknop over de tekstdelen die wenst te markeren met de gekozen markeringskleur
  3. Om het markeren te beëindigen, klik je opnieuw op de knop 'Tekstmarkeringskleur' .

Noot: MS Word onthoudt de markeringskleur die je het laatst gebruikt hebt, wat wordt weergegeven door de kleur van het lijnstukje onderaan in de knop . Om met dezelfde tekstmarkeringskleur andere tekstdelen te markeren, hoef je deze kleur niet opnieuw in het rolmenu te selecteren, maar volstaat het de knop aan te klikken.

Noot: De hierna besproken opdrachtknop 'Opmaak wissen' verwijdert niet de markeringen uit je tekst. Om de markeringen te verwijderen:

            1. selecteer je de gemarkeerde tekst,
            2. klik op de vervolgknop naast de knop 'Tekstmarkeringskleur'
            3. klik vervolgens op de menu-optie 'Geen kleur'.

13. Tekst kleuren

13.1 Tekst kleuren

Je beschikt over een knop 'Tekstkleur' om geselecteerde tekst in een andere dan de door het onderliggende sjabloon bepaalde tekstkleur te wijzigen.


  1. Selecteer de van tekstkleur te wijzigen tekstdelen
  2. Klik op de vervolgknop naast de opdrachtknop 'Tekstkleur' in de groep 'Lettertype' van het tabblad 'Start'
  3. Kies in de galerij met tekstkleuren voor de gewenste kleur

Noot: Ook de laatst gebruikte tekstkleur wordt door MS Word onthouden, wat je kan merken aan het gekleurde lijnstukje onderaan in de knop. Om later op een tekstdeel de eerder gekozen tekstkleur toe te passen, kan je knop opnieuw aanklikken, nadat je het tekstdeel hebt geselecteerd

13.2 Meer tekstkleuren

  1. Meer tekstkleuren kan je vinden door op de knop 'Meer kleuren...' te klikken onder de galerij met tekstkleuren.
  2. MS Word opent dan het dialoogvenster 'Kleuren'
  3. Klik daarin op de tab 'Standaard' indien deze nog niet geselecteerd is
  4. Je kan dan met behulp van een kleurenpallet een gamma 'Standaardkleuren' kiezen
  5. Klik de gewenste standaardkleur aan in het pallet
  6. Bemerk dat de geselecteerde kleur verschijnt in het bovenste deel van het voorbeeldvenstertje 'Nieuw'
  7. Klik op de knop 'OK' om de kleur toe te passen op de geselecteerde tekst

Wanneer je in het dialoogvenster 'Kleuren' op het tabblad 'Aangepast' klikt worden nog veel meer kleuropties aangeboden:

  1. Klik op een gewenste kleur in het venster linksbovenaan in het dialoogvenster
  2. Verplaats met ingedrukte linkermuisknop de naar links wijzende zwarte pijl om de kleurintensiteit in te stellen
  3. Een voorbeeldvenstertje toont je waar de nieuwe en de huidige kleur
  4. Klik op 'OK' om de gekozen kleur toe te passen op de tekst

13.3 Kleurovergangen

Een tweede knop onder de kleurengalerij laat je toe om een geselecteerde tekst in te kleuren met kleurovergangen.

  1. Geef het tekstdeel een gewenste kleur, zoals hoger beschreven (in ons voorbeeld de standaardkleur 'Rood')
  2. Klik opnieuw op de knop 'Tekstkleur'
  3. Klik op de knop 'Kleurovergang'


  1. Plaats de muiswijzer op de verschillende variaties van kleurovergangen om ze te beoordelen middels een livevoorbeeld
  2. Klik uiteindelijk op de gewenste kleurovergang

Noot: De knop 'Meer kleurovergangen' voert naar het taakvenster 'Teksteffecten opmaken' waarin de menuoptie 'Tekstopvulling' meteen is geselecteerd. Daarmee kan je kleurovergangen nog veel nauwkeuriger definiëren.

 

14. Opmaak wissen

Wanneer je alle door jou toegepaste stijlen, teksteffecten en tekenopmaak uit je document wil verwijderen, dan kan je:

  1. de tekst waarvan je de opmaak wil verwijderen selecteren.
  2. op het tabblad 'Start' in de groep 'Lettertype' op de opdrachtknop 'Opmaak wissen' klikken.

Dit voorkomt dat je meermaals op de knop 'Ongedaan maken' moet klikken om de oorspronkelijk opmaak van tekstdelen te herstellen.

15. Bronnen

Helpprogramma van Microsoft Word 2013: zoek op 'superscript', 'tekst markeren', 'tekstkleur'.